Categorie: <span>Uit de vergetelheid</span>

Het debuutalbum The First Flower (1985) van het Britse Play Dead zorgt begin jaren tachtig voor heel wat opwinding bij liefhebbers van postpunk. Waar tijdgenoten als New Order en The Cure op dat moment de grenzen van het genre proberen op te rekken door aspecten uit de dance en de pop aan het klankenpalet toe te voegen, kiest Play Dead voor een andere weg.

De band uit Oxford integreert elementen uit de metal in hun muziek en voegt daar een vleugje gothic aan toe. Alle kenmerken van postpunk zijn ook aanwezig. Denk aan roffelende drumpatronen en pompende bassen, die een duister fundament neerleggen voor de onheilspellende vocalen van Rob Hickson.

Uit de vergetelheid

Het is 1980. Elke vrijdagmiddag word ik door mijn oudere buurjongen uitgenodigd om zijn nieuwe aanwinsten op vinyl te komen beluisteren. Hij werkt als DJ in een kroeg en komt wekelijks met een flink pakket aan singles en LP’s thuis. Zo neem ik de eerste schreden op mijn muzikale ontdekkingsreis die sindsdien nog steeds voortduurt.

Dit keer is hij uitermate enthousiast over Empires and Dance, het derde album van de Schotse band Simple Minds. Tot dat moment had ik nog nooit van ze gehoord. Terwijl we samen luisteren naar liedje This Fear Of Gods, geeft hij aan dat ik de plaat wel mee naar huis mag nemen. Dan kan ik hem op mijn gemak beluisteren.

Die avond trek ik me terug op mijn zolderkamer en stap ik vol verwachting het donkere universum van Simple Minds binnen. Een wereld vol observaties gedurende het bezoeken van diverse steden.

Uit de vergetelheid

Tim Burgess, zanger van The Charlatans, lanceert het concept tijdens de eerste lockdown. Tim’s Listening Party. Het idee is simpel: samen tegelijkertijd naar muziek luisteren, thuis op de bank, terwijl de artiest in kwestie je op Twitter meeneemt door het album. Lied voor lied, tweet voor tweet.

Op 6 maart krijgen we de kans om samen met Steve Jansen te luisteren naar het in 1981 uitgekomen Tin Drum van Japan. Wat mij betreft een van de meest innovatieve albums van de jaren tachtig. Voor degenen die altijd op zoek zijn naar nieuwe muziek en daar ook daadwerkelijk voor openstaan, werkte Tin Drum in 1981 enorm verfrissend.

Uit de vergetelheid

Meer dan 40 jaar geleden verovert de Nederlandse band Sweet d’Buster de podia en weet een groot aantal liefhebbers aan zich te binden. Toch is hun materiaal nog steeds niet op CD verschenen. Zonde, want het in 1978 verschenen Friction verdient het om aan de vergetelheid ontrukt te worden.

Bertus Borgers en Robert Jan Stips zijn de bekende namen in de band, aangevuld met Herman Deinum en Hans Lafaille, die eerder bij Cuby & the Blizzards actief waren. Paul Smeenk maakt de groep compleet.

Op Friction worden invloeden uit de rock, funk en blues vermengd tot een nieuw swingend geheel, met ruimte voor introspectieve momenten. Als beginnende puber geniet ik van de uitbundige klanken van dit collectief. Er valt veel te beleven. Muzikale virtuositeit die altijd in dienst van de compositie en de melodie staat.

Uit de vergetelheid

Met hun titelloze debuutalbum (1981) en opvolger L’Apache (1982) heeft T.C. Matic al een flinke reputatie opgebouwd in de lage landen. Ze laten er in het alternatieve circuit een overweldigende indruk mee achter en het resulteert in optredens op zowel Pinkpop als Werchter. In 1983 besluit de Belgische band een flinke stap voorwaarts te maken met het uitbrengen van Choco.

Uit de vergetelheid

Dankzij de mixtape The Scold’s Bridle van Blackest Ever Black stuit ik op Eyeless in Gaza. Opgericht begin jaren tachtig, maar vorig jaar uiteindelijk pas echt ontdekt dankzij verzamelaar Picture The Day (A Career Retrospective 1981-2016).

De muziek van Eyeless in Gaza, een duo bestaande uit Martyn Bates en Peter Becker, is moeilijk in een hokje te plaatsen. In de beginjaren wordt er het label post-punk aan verbonden. Mede vanwege het donkere karakter en de wat hoekige beats. Een etiketje dat niet goed past. Eerste single Kodak Ghosts Run Amok, maar ook het latere One By One bevatten minimalistische elementen uit de elektro die aan de experimentele kant van Orchestral Manoeuvres in The Dark doen denken.

Vanaf het tweede album neemt de dynamiek toe en krijgt de elektronica meer ruimte. Vaak in de vorm van melodieuze en soms onheilspellende soundscapes. Kenmerkend door alle jaren heen blijft de avantgardistische insteek. Zelfs op latere albums, waar wat meer toegankelijkere structuren hun intrede doen.

Picture The Day illustreert treffend de evolutie en tegelijkertijd de brede muzikale oriëntatie van deze band. Na een lange rustperiode aan het eind van de vorige eeuw uiteindelijk resulterend in een sound waarin zelfs op subtiele wijze invloeden vanuit de folk en de indie zijn verwerkt. Zonder hun karakteristieke eigenheid op het spel te zetten. Tamarisk is het enige nummer afkomstig van het op dat moment meest recente album Sun Blues. Illustrerend dat de experimenteerdrift nog steeds niet voorbij is. Wereldmuziek, gothic en post-punk omarmen elkaar terwijl Martyn Bates zijn bezwerende vocalen op ons afvuurt. Sindsdien zijn platen Winter Sang en Ink Horn / One Star alweer aan het oeuvre toegevoegd.

Voor degenen die nu pas instappen is verzamelaar Picture The Day een hele prettige introductie.

Dit artikel verscheen eerder op Luistertips.

Uit de vergetelheid

Als Winning van The Sound wordt gedraaid op KINK, denkt hij weer terug aan het moment dat hij de band voor het eerst hoort. Op een herfstachtige avond in 1982 neemt hij de uitzending van het concert op, dat ze eerder dat jaar in Arnhem hebben gegeven. Het is in de periode dat zijn cassetterecorder overuren maakt. Dankzij nummers als Missiles, Sense Of Purpose en Contact The Fact is hij meteen verkocht. Niet lang erna worden zowel de albums Jeopardy (1980) als From The Lions Mouth (1981) aangeschaft.

De afgelopen twee decennia worden gekenmerkt door een revival van de New Wave. Luister maar eens naar bands als Savages, Interpol en Whispering Sons. In recensies wordt deze nieuwe lichting vaak vergeleken met Joy Division, The Comsat Angels en The Cure. The Sound wordt bijna nooit genoemd. En dat terwijl deze Engelse band een typisch product is van de Post-Punk uit de jaren tachtig. Ze zijn in die periode wereldberoemd in Nederland, wat ertoe leidt dat ze aan mogen treden op het vermaarde No Nukes Festival.

In thuisland Engeland worden ze alleen maar argwanend bekeken. The Sound is de zoveelste hype, die qua gitaarwerk ook nog eens veel te veel op U2 lijkt. Een vergelijking die helemaal mank gaat.

In 1999 maakt zanger zanger Adrian Borland een eind aan zijn leven. Pas daarna krijgt de band de erkenning die ze verdient. Het oude materiaal wordt eindelijk op CD uitgebracht en de critici vragen zich massaal af hoe het toch komt dat ze The Sound zo over het hoofd hebben kunnen zien.

From The Lions Mouth is hun sleutelalbum. De muziek bevat een soort van gecontroleerde somberheid, die goed aansluit bij de tijdsgeest van dat moment. Een klassieker, die het verdient om aan de vergetelheid ontrukt te worden.

I was gonna drown
Then I started swimming
I was going down
Then I started winning
Winning!

Uit de vergetelheid